|
|
Geplaatst op:14-08-2016 Bijgewerkt op:14-08-2016 22:05 Radio Stad Montfoort stemt niet in met streekomroepMontfoort, 14-08-2016.
De publieke lokale omroep staat aan de vooravond van instorten door de streekomroep plannen van de NLPO. Althans, zo zien wij dat in het stadje Montfoort, gelegen in de buurt van Utrecht, IJsselstein, Nieuwegein en Woerden. In deze plannen wil de NLPO alle lokale omroepen laten fuseren in veel grotere streekomroepen. Wij, als bestuur van Stichting Radio Stad Montfoort (RSM), hebben ons uitgesproken tegen de streekomroep plannen te zijn. We willen een zelfstandige publieke lokale omroep blijven.
Van klein naar veel te groot
Misschien had u het al ergens gehoord of gelezen. De Olon (Organisatie van Lokale Omroepen Nederland) is druk bezig om lokale omroepen om te vormen tot streekomroepen (*1) en onder te brengen onder een nieuwe belangen behartiger NLPO (stichting Nederlandse Lokale Publieke Omroepen) (*2). Doel: van ongeveer 260 lokale omroepen terug gaan naar 50 tot 80 streekomroepen met een potentieel bereik van tussen de 100.000 en 500.000 luisteraars per streekomroep, met een budget van €500.000 per jaar (*3). Met deze samenvoeging van kennis, apparatuur, gelden en mankracht willen ze bereiken dat het product wat de gemiddelde lokale omroep nu uitzendt wordt verbeterd. Professioneler. Meer en betere inhoud. Meer continuïteit. Alle ondergebracht onder de eveneens nieuw bedachte noemer LTMA. (Lokaal Toereikend Media Aanbod). Een keurmerk. Ik moet het met de NLPO eens zijn, van veel lokale omroepen, inclusief die waar ik vrijwillig voor werk, zou je kunnen zeggen dat het niveau van radio programma's en journalistieke kwaliteiten niet altijd even goed is. Daar valt best het een en ander aan te verbeteren. Tevens heeft de Olon de Mediahub opgericht, een centrale voorziening in Hilversum waar lokale omroepen hun signalen tegen betaling kunnen aanleveren, waarna de Mediahub zorg draagt voor distributie naar digitale kabelnetten/glasnetten zoals die van Ziggo en KPN. Streekomroepen welke straks voldoen aan de gestelde LTMA regels, kunnen in ieder geval tot 2017 gratis gebruik maken van deze service. Wat er daarna voor prijskaartje aanhangt, is al een lange tijd een groot vraagteken. Daarnaast verlangt de NLPO dat de streekomroep als een calamiteiten omroep gaat fungeren, met een redactionele bereikbaarheid van 24 uur per dag, 7 dagen per week (*3). Daar hebben we nu de regionale omroepen al voor. Maar de NLPO wil dat dus (ook) bij streekomroepen onderbrengen. Persoonlijk denk ik dat dit voor luisteraars een verwarrend gegeven wordt. Het moet duidelijk zijn dat ze de regionale omroep moeten opzetten bij een calamiteit. Er moet geen enkele twijfel over bestaan. Dus het toekennen van calamiteiten omroep aan een streekomroep, is wat mij betreft geen goed idee.
De lokale omroepen zijn altijd al kweekvijvers geweest van nieuw talent en vreemd genoeg vindt de NLPO dat die 'kweekvijverfunctie' in een streekomroep net zo belangrijk is. Ik voorspel dat die kweekvijver in een streekomroep heel snel droogstaat, om de simpele reden dat bij grotere, professionelere, omroepen nou eenmaal niet snel een onervaren radio maker achter de microfoon wordt gezet, die zich misschien ontpopt tot de volgende Gerard Ekdom of Edwin Evers. Veel minder snel in ieder geval als dat nu bij lokale omroepen gebeurd.
Budget
NLPO zegt al tijden dat een streekomroep met €500.000 per jaar rond moet kunnen komen. Daarvan zou €250.000 uit middelen van overheid moeten komen (Den Haag, én uit gemeente fondsen) en die andere €250.000 zou een streekomroep zelf aan inkomsten moeten genereren uit bv. commerciële advertentie inkomsten, sponsoren en dergelijke. In het NLPO Strategisch plan (*3) staat echter ineens dat ze daar in 2016 onderzoek naar laten doen om dat te onderbouwen. Wat mij betreft is dat rijkelijk laat als je deze bedragen in maart al min of meer hebt beloofd aan de streekomroepen in spe.
NLPO zet ons op het verkeerde been
Bij de NLPO gaat het meteen bij de start al fout. Naam verkeerd gekozen. Net als de naam LTMA. De L van Lokaal? We hebben het toch over streekomroepen? Maar goed, laten we dat detail maar even aan de kenners over, want dat is niet mijn vak.
LTMA wordt een 'meet eenheid' waarmee straks een streekomroep kan worden gemeten of ze voldoet. Zoals dat nu bij lokale omroepen gebeurt met de al jaren geldende ICE norm (Informatie, Cultuur, Educatie) (*4). De streekomroepen zijn eerder dit jaar door de NLPO onderverdeeld in een voorstel indeling. En ondanks dat ik de communicatie over dit onderwerp al vanaf het begin volgde, was het landkaartje wat in maart 2016 tijdens een lezing van NLPO in Zoetermeer voor het eerst te voorschijn kwam toch even schrikken (*5). Hoe vaak ik tijdens die lezing de woordjes "Natuurlijke habitat van de inwoners" heb gehoord, ik ben de tel kwijt geraakt. Maar Bernard Kobes (directeur-bestuurder NLPO) heeft vermoedelijk de 3 digits wel gehaald. Met die natuurlijke habitat werd bedoeld dat de streek indeling zo was ontworpen, dat de betreffende streek zich uitstrekt over het gebied waar inwoners van je gemeente zich begeven (wonen, werken, winkelen, uitgaan, ...). Waarom moest ik dan schrikken? Overigens, ik was de enige niet. Simpel: de lokale omroep waar ik vrijwilligerswerk voor doe en een onderdeel ben van het 5 koppige bestuur, zit in streek 25. Deze streek (zeg ongeveer west-Utrecht) strekt zich uit van Montfoort aan de onderkant, naar boven toe, tot en met Abcoude, tegen de gemeente grenzen van Amsterdam aan toe. In de lijst voorstel streekomroepen (*6) is terug te vinden dat het gaat over 180.758 inwoners. De schrik komt uit het feit dat mij toen pas echt duidelijk werd hoe grootschalig NLPO over die streekomroep dacht. Ik was daar niet alleen in. Die streek (en dat geldt ook voor een aantal andere streken) zijn zo groot, of zodanig ingedeeld, dat er geen sprake is van een natuurlijke habitat. Zet 180.758 streek-inwoners tegen onze 13.797 inwoners in de gemeente Montfoort en u gaat misschien al een beetje begrijpen waar dit artikel naartoe gaat. Montfoort in streek 25 is onacceptabel, zo vinden wij al snel. Dat gaat ten koste van onze luisteraars, dat moet anders.
Welke streek, vormen we een andere streek, of misschien geen streek?
Het is een voorstel indeling, zo werd ons op 29 maart verteld door Bernard. Je kunt voor 1 juni een wijzigingsverzoek bij ons neerleggen. Gelukkig maar, dachten we. Afgerond naar beneden, hadden we dus 2 hele maanden de tijd om met alle omliggende partijen (lokale omroepen dus) in overleg en overeenstemming te treden. Op deze manier kon je dan wél een juiste streek kiezen of herindelen. Succes daarmee, misschien wel de belangrijkste beslissing die we moeten maken voor de komende, zeg, 10 of 20 jaar. Veel te korte termijn! Dus we zijn (na overleg met de andere omroepen in streek 25) begonnen met het aanvragen van uitstel tot eind augustus, zodat wij zelf een weloverwogen keuze kunnen maken in welke streek we onszelf gaan storten. En óf we ons eigenlijk wel in een streek willen storten. Desalniettemin waren er 2 problemen: de streek (welke en hoe dan ook) was wel heel erg groot en er was tijdsdruk, ondanks het uitstel. Het was binnen het bestuur van RSM al snel duidelijk: streek 25 in ieder geval niet. Maar wat dan wel? Verdere onderzoeken en gesprekken kwamen op maar 1 conclusie uit: het maakt eigenlijk niet uit in welke streek wij terecht gaan komen, of hoe deze streek eruit ziet. De ligging van Montfoort is zodanig dat we geen andere keuze hebben. We nemen als voorlopig standpunt in dat we een zelfstandige publieke lokale omroep willen blijven. Nadien hebben we met alle omroepen uit streek 25 gesproken. Allen waren het er over eens dat streek 25 voor de gemeente Montfoort wel een wat vreemde of onbruikbare indeling was, en ze hebben ons zonder slag of stoot laten 'vertrekken' uit streek 25.
Te grootschalig voor een gemeente als Montfoort
Het idee achter de streekomroep is zó grootschalig dat de streekomroep zichzelf op voorhand overbodig maakt. In het geval van Montfoort dan, wel te verstaan. De "natuurlijke habitat" van Montfoorters ligt niet in een streek van >180.000 inwoners. Hoe je hem ook indeelt. De ultra lokale nieuws en programma's / items welke je nu bij ons op de lokale omroep kunt horen, zul je straks niet meer horen op een streekomroep, omdat die schaalvergroting ervoor heeft gezorgd dat die 'items' niet gepubliceerd worden, want dat is niet relevant genoeg. Vanwege diezelfde grootschaligheid en daarmee verlengde, of veel te lange, reistijden van medewerkers, zijn medewerkers die in beginsel dit soort items maakten, ook al afgehaakt. Wat blijft er dan nog over voor uitzending op een streekomroep? Precies dat wat de regionale omroep (RTV Utrecht) nu ook al uitzend en tevens calamiteiten omroep is. Aangezien we al regionale omroepen hebben, welke die taak mijns inziens overigens prima volstaan, is de streekomroep op voorhand dus overbodig. Er is veel te groot ingezet door NLPO. En dat gaat, zo voorzien wij, ten koste van de luisteraars.
Streekomroep is niet voor de luisteraar
Met dat in het achterhoofd, zien we als bestuur in dat we binnen een eventuele streekomroep op termijn onze identiteit verliezen, onze programma's zullen vervallen, onze nieuwsvoorziening zal tot een stand-still komen. Met als gevolg dat (en dat is het belangrijkste): de luisteraar niet meer op de radio kan horen wat hij nu hoort, dat wat hij waardeert, waar hij speciaal de radio voor aanzet (en uitzet), dat wat zijn wijk of zijn straat, of zijn stadje waar hij is geboren en getogen aangaat. Bijvoorbeeld: in ons geval een tweewekelijks spelletje. Radio bingo spelen. Het bindt onze luisteraars met ons én met elkaar. Ze zitten met groepen bij elkaar aan de keukentafel met bingo kaarten en een radio mee te spelen. Dat en meer gaat vervallen. We denken dat zeker te weten. Dat knaagt aan ons. Dat is niet wat onze luisteraars willen, dat weten we ook zeker. We vragen het voor de zekerheid in een speciaal belegde medewerkers vergadering eens aan onze eigen (ca. 35) medewerkers, zij hebben veel en goede contacten met onze luisteraars, leveranciers, sponsoren en adverteerders. We leggen hen zo goed en zo duidelijk als we kunnen uit wat er staat te gebeuren. Op voorhand hebben we ze het NLPO leesvoer gegeven, zodat ze er zelf vooraf over na hebben kunnen denken wat dat allemaal betekent. We leggen hen uit dat we een keuze moeten maken. En wat voor keuze we ook maken, er zijn risico's aan verbonden, het zal moeilijk zijn. Er zal gewerkt moeten worden. We maken als bestuur duidelijk dat we als voorlopig standpunt hebben ingenomen een zelfstandige publieke lokale omroep te willen blijven, dus geen onderdeel van een streekomroep. Desgevraagd werd er door medewerkers weloverwogen maar unaniem bevestigd dat zij achter die keuze staan. De medewerkers onderschreven de gedachtegang van het bestuur. Maar medewerkers gaven ook aan dat bij het eventuele verdwijnen van onze radio studio uit de gemeente Montfoort niet van plan zijn de extra reistijd te accepteren. Daarnaast werd ons bevestigd dat de voorgestelde schaalvergroting eveneens zou zorgen voor forse terugloop van medewerkers. Dat in gedachten houdende, gaat dat betekenen dat een eventuele streekomroep daardoor onze stad te kort zou gaan doen, in het nadeel van de luisteraars. Laten die luisteraars nou het middelpunt zijn van de belangstelling. Die zouden we dan laten vallen als wij niet nu een stokje zouden steken tegen de streekomroep plannen van de NLPO.
Steun van gemeente Montfoort
Er moest alleen nog iets anders gebeuren voordat we overgingen tot een officieel standpunt om zelfstandige publieke lokale omroep te blijven. We wilden dat de gemeente Montfoort (burgemeester + wethouder(s)) het volmondig eens zou zijn met onze visie. In een gesprek wat we op 8-8-2016 met onze gemeente voerden (waaronder de burgemeester), hebben we net als bij onze medewerkers zo duidelijk mogelijk uitgelegd wat er staat te gebeuren en wat we daarvan vinden, maar vooral wat dat voor de luisteraars in Montfoort gaat betekenen. We hebben de gemeente duidelijk gemaakt dat we hun steun nodig hebben voor onze plannen om zelfstandige publieke lokale omroep te blijven, tegelijkertijd hebben we ze uitgelegd dat we daarnaast wél begrijpen dat er bij ons dingen moeten veranderen. Vernieuwing en professionalisering. De gemeente bevestigde de dag erna het eens te zijn met al onze standpunten, met als belangrijkste factor dat een eventuele streekomroep niet in het voordeel zou werken van de Montfoortse luisteraars. Daar was de steun die we nodig hadden. En daar zijn we oprecht heel blij mee. De gemeente had even geleden een schrijven van NLPO gehad, met daarin de vraag wat de gemeente vond van de streek indeling. Daarop hebben zij inmiddels geantwoord niets te zien in een streekomroep en hebben de wens in ons voordeel uitgesproken dat wij een zelfstandige publieke lokale omroep blijven.
Nu kunnen we verder
Nu kunnen we verder, verder gaan met het zijn van een publieke lokale omroep. Geen streekomroep. Zonder de in onze ogen onnodige poespas van een streekomroep. Fijn! Vooral voor onze luisteraars. We konden voorheen al goed onze eigen broek ophouden en niets wijst erop dat ons dat straks als zelfstandige niet zal lukken. Maar ook wij zullen eraan moeten werken. Zo is een aanzienlijk deel van de consumptie van de luisteraar verschoven van live luisteren naar on-demand via internet. Van Tekst-TV naar website en sociale media. Van audio naar videoclips. Maar ook het financiële plaatje is een aandachtspunt. In de basis hebben we de meeste van deze dingen als kleine publieke lokale wel allemaal al geregeld, maar er is wel werk aan de winkel om aan die vraag te beantwoorden. Zo lopen we, aldus de NLPO, de faciliteiten (zoals de Mediahub) die de NLPO ter beschikking stelt mis. Of we moeten er heel fors voor betalen. We realiseren ons dat. Maar dat is voor ons niet genoeg om ons dan maar bij een streekomroep neer te leggen.
Is de streekomroep dan voor alle lokale omroepen een slecht plan?
Nee, dat denk ik niet. Ik denk dat voor sommige grotere omroepen dit plan prima uitpakt, zelfs voor kleinere omliggende omroepen. Die kunnen mee profiteren van het voormalige succes of bekendheid van de grootste omroep die in die streek terecht komt. Het gevaar schuilt er wel in dat de NLPO haar planning veel de rooskleurig aan haar lokale omroep leden schetst. Ik ben bang dat vooral kleine lokale omroepen daar te snel intrappen. Ik hoop dat ze zelf één keer even goed kritisch na hebben gedacht of er niet andere mogelijkheden zijn dan je in zo'n groot plan storten. Zij bevinden zich straks in een vaarwater waar de reeds bestaande regionale omroep al prima heerst en regeert. Ik hoop maar dat elke van de 260 publieke lokale omroepen in het land net zo goed na hebben gedacht als wij dat hebben gedaan. En ik hoop dat ze voor zichzelf de juiste keuze maken. Ook al doet de NLPO net of er geen keuze te maken valt. Maar natuurlijk is er een keuze te maken! We moeten alleen even duidelijk kenbaar maken dat de smaak 'lokale omroep' toch écht een smaak is die moet blijven bestaan. En dat kan, wat mij betreft, prima naast een streekomroep.
Remco Kuijer
Op persoonlijke titel.
Lid van het bestuur van Radio Stad Montfoort.
Referenties
*1: Olon Vorming streekomroep
http://www.olon.nl/pagina-wide/2144065977
*2: Introductie NLPO
http://www.olon.nl/nieuws/artikel/bekijk/1149195451/introductie-nlpo
*3: NLPO Strategisch plan
http://www.olon.nl/Uploads/FileBrowser/2098598020/287/287_NLPOStrategischPlan.pdf
*4: Mediawet / ICE
http://www.cvdm.nl/wp-content/uploads/2013/04/Publieke-lokale-media-instellingen-en-de-Mediawet.pdf
*5: Kaart voorstel streekomroepen maart 2016
http://www.olon.nl/Uploads/FileBrowser/1559937979/266/266_20160316Nederland.pdf
*6: Lijst voorstel streekomroepen
http://www.olon.nl/Uploads/FileBrowser/1559937979/267/267_20160316Streekindeling.pdf
|
|
|
|